Opgegraven Joods badhuis hint naar verborgen geschiedenis Nijkerk
Door de regen, het zand en de tijd heen komt een stukje Joodse geschiedenis opnieuw boven water. Letterlijk.

NIJKERK – Op een grauwe donderdag 17 april is het op de bouwplaats in hartje Nijkerk opvallend levendig. Terwijl de regen zachtjes op het modderige zand tikt, schraapt een kraanmachinist laagje voor laagje van de bodem. Rondom hem zijn vier mensen geconcentreerd aan het werk: met scheppen, borstels en scherpe ogen speuren ze de grond af. Wat ze blootleggen, blijkt bijzonder: het eerste deel van een 18e-eeuws Joods badhuis, waarschijnlijk een mikwe, is vorige week ontdekt.
“We wisten dat er hier iets kon zitten,” vertelt archeoloog Ton Wolf, die samen met zijn collega’s het onderzoek uitvoert. “Drie jaar geleden zijn de oude huizen hier gesloopt, maar onder de fundering zat een betonnen laag. Die heeft ervoor gezorgd dat de oudheid daaronder goed bewaard is gebleven.”
De opgraving is onderdeel van een archeologisch onderzoek dat enkele weken geleden begon, nadat eerdere studies al vermoedden dat de bodem bijzondere resten zou kunnen bevatten. De vondst van het badhuis is volgens Wolf zijn "eerste keer" in het opgraven van zo'n bouwwerk: “Dat maakt het natuurlijk extra bijzonder.”






De structuur die nu zichtbaar is, laat een stenen bad zien van ongeveer een meter bij een meter. “Waarschijnlijk zat er een trap in, maar dat kunnen we niet meer terughalen. Ook weten we nog niet hoe diep het bad precies is geweest.” Het mysterie blijft daarmee nog even ondergronds.
Behalve het badhuis zijn ook allerlei kleinere voorwerpen gevonden: glazen flesjes, tegeltjes en een enorme hoeveelheid puin. De vondsten vertellen samen een groter verhaal: dat van alledaags leven, ooit levendig, nu stil en begraven.
Wat opvalt, is dat het publiek interesse toont. “Je merkt dat er wel wat meer bekijks is sinds we dit hebben opgegraven,” merkt de kraanmachinist op. “Zodra er maar een paar mensen blijven staan, trekt dat er meteen meer aan.”
Het plaatselijke Museum Nijkerk kwam eveneens langs om de vondst te bekijken. Het hangt er namelijk nog vanaf of het badhuis gesloopt wordt of een plek krijgt in de collectie. “Het museum is niet groot, en dit bouwwerk is behoorlijk fors. Daar moeten ze nog over nadenken,” zegt Wolf.
Verborgen gemeenschap
Wat het badhuis vooral bijzonder maakt, is de directe link met de ooit bloeiende Joodse gemeenschap van Nijkerk. Die gemeenschap vestigde zich in de 17e eeuw in de stad, vooral vanwege de tabaksteelt, zo beschrijft het Joods Cultureel Kwartier. Rond 1650 was de gemeenschap zo gegroeid dat er een Joodse begraafplaats op Hoogstraten werd ingericht.
In de 18e eeuw kreeg de gemeenschap een nieuwe impuls door de komst van een Italiaanse Joodse familie, die de enige Portugees-Joodse (Sefardische) gemeenschap van Nederland vormde. Later voegden ook Hoogduitse Joden zich in Nijkerk, wat leidde tot een tweede gemeente en in 1801 tot de bouw van een nieuwe synagoge aan de Singel. Pas in 1808 fuseerden beide gemeenten, al bleven de Sefardische gebruiken nog lang in stand.
In de 19e eeuw groeide Nijkerk uit tot een centrum van Joodse studie en religieus leven, met verschillende genootschappen, een eigen school en een bloeiende gemeenschap. Er waren verenigingen voor studie, hulpverlening, vrouwenwerk en armenzorg. Ook kende men een leenfonds voor kleine handelaren, en een ontspanningsvereniging die pas in 1936 werd opgericht.
Maar in de 20e eeuw veranderde alles. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werden vrijwel alle Joodse inwoners gedeporteerd en vermoord. De synagoge raakte zwaar beschadigd. Wat restte, was stilte.
Na de oorlog werd het Joodse leven in Nijkerk niet hervat. In 1962 werd de Joodse gemeente opgeheven en toegevoegd aan die van Amersfoort. De oude begraafplaatsen zijn deels geruimd; één wordt vandaag de dag nog onderhouden.
In 2002 werd op de hoek van de Bruins Slotlaan en Vetkamp een monument geplaatst ter nagedachtenis aan de 48 Joodse Nijkerkers die de oorlog niet overleefden. Twee jaar later volgde een plaquette op een schoenenwinkel aan de Singel, waar ooit de synagoge stond.
Bodem vol verhalen
Waar een week geleden nog restanten van oude huisjes stonden, is nu vooral zand zichtbaar. Op dronefoto’s van Van Wijnen Projectontwikkeling Midden is te zien hoe groot de bebouwing was. “Men spreekt over zeven huisjes, maar dat klopt niet,” zegt Ton Wolf. “Wat op de kadastrale kaart stond en wat wij hebben ingemeten, komt nog steeds overeen: het gaat om negen huizen.”




In week 20 gaan de archeologen verder met het onderzoek, op een nog niet opgegraven deel van hetzelfde terrein. Daar lag vroeger een gracht, en ze hopen te achterhalen of zich daaronder nog resten bevinden. “Ik verwacht niet dat we hier nog wat vinden,” voorspelt Wolf, “maar daar verderop verwacht ik de middeleeuwse bebouwing. Wat voor huisjes dat zijn geweest, gaan wij nog zien.”
En terwijl het publiek voorzichtig een blik werpt over het hek, groeit de belangstelling voor wat hier in de bodem ligt verborgen. Nijkerk graaft in haar eigen verleden — en vindt sporen van een gemeenschap die lang vergeten was, maar nu stukje bij beetje terugkomt in het licht.